GEZEGEND IS DE KONING,
DIE KOMT IN DE NAAM VAN DE HEER! (Lc. 19,38)

Vandaag op Palmzondag, gaan we Jeruzalem in. Het is de stad van het lijden in deze week. Het kan ons aan allerlei lijden herinneren. Lijden in onze huizen en families, door ziekte, door verlies, door persoonlijke teleurstelling. Maar ook lijden door onrecht, vernedering of verdrukking. Welk lijden wij ook op het oog hebben, de vraag is altijd: hoe gaan we met het lijden om? En hoe ondergaan we het lijden? Geduldig... of... in verzet? Jezus gaat ons deze week hierin voor.

Toen Jezus op een ezeltje Jeruzalem binnen reed, sloeg Hij maar een pover figuur. Een groot mens, de zoon van God, op een ezel gezeten. Wie op een paard zit, troont hoog boven de mensen uit. Hij toont daarmee zijn macht en gezag. Wie op een ezel zit - en zeker op een ezelsveulen - steekt nauwelijks boven andere mensen uit. Jezus’ koningschap stelde niet veel voor.

Laten ook wij Jezus welkom heten in ons Jeruzalem, in onze huizen, in onze families en in onze gemeenschap. Laten we Hem delen in al ons lief en leed. Destijds hebben mensen Jezus met groene takken toegejuicht omdat ze in Hem de Koning van Israel zagen. Echte palmen zijn altijd groen. Groen is de kleur van het leven. De winter heeft het niet kunnen winnen van de palm. Hij is groen gebleven. We kunnen ons daardoor laten bemoedigen, niet buigen voor de afbrekende krachten in onszelf en in onze wereld.

In onze streken is het maar een schamel takje dat wij mee naar huis nemen aan het begin van de Goede Week. Maar het zegt genoeg over Jezus en over onszelf. Over de bescheiden lof die wij Hem toezwaaien. We bewaren het palm- of buxustakje bij het kruis, als een herinnering aan Zijn zachtmoedigheid. Maar ons palmtakje zegt dat Hij uit het goede hout gesneden is. Palmhout is onverslijtbaar. Zo onverslijtbaar was ook de zachtmoedigheid van Jezus. Consequent tot en met de kruisdood. Op Hem brak alle geweld van de wereld stuk. Op Hem liep het zwaard te pletter. En de dood liep zich dood op zijn leven.

Daarom willen wij ons optrekken aan Hem, voor wie Jeruzalem warm liep op Palmzondag. Jezus koos niet de makkelijkste weg. Wel de beste: de weg van de liefde. Daarom is Hij waarlijk Gods Zoon, een echte mens. Daarom geven we Hem de erepalm. Het palmtakje in onze hand, in ons huis, is méér dan een aardige herinnering aan toen. Het wil zeggen: aan Zijn kant gaan staan. Fris en groen blijven door de winter heen. Geloven dat je er doorheen komt, door de kwade machten, ja, door de dood heen. Elkaar leven geven, waar we kunnen.

Ons palmtakje is maar een afgebroken twijgje. Toch bewaar ik het. Want het is een teken van Jezus ‘overstoorbare zachtmoedigheid.’ Jezus is koning van het Rijk van liefde en dienstbaarheid. En wij gedragen ons koninklijk als we dienaar van allen willen zijn. Een mooi begin van de Goede Week, waarin wij met Hem gaan door de dood heen, naar de morgen van Pasen. Hopelijk lukt het ons allemal om tijd vrij te maken voor gebed en bezinning. Om zo samen met andere Christenen deze prachtige geloofsgeheimen te vieren.

Een ‘Hosanna’ voor Hem!

Een ‘Kyrie eleison’ (Heer ontferm U) voor mij!

(Eugène Dassen)